Schilderijen en Tekeningen

z.t.

Mmmmmmm. Het is niet altijd rozegeur en maneschijn, van het concert des levens krijgt niemand een program, het is wat het is en wacht nu maar af, ups and downs en c’est la vie. Genoeg gemeenplaatsen om een volgend obstakel in het leven te beschrijven. The next bump in the road, onverwachte en vervelende gebeurtenissen.

Maar goed, een voordeel van bumps in the road is dat ik graag put uit dit soort bronnen; dan maak ik werk dat niet anders kan zijn dan letterlijk-verwerkte emoties en gedachten. In dit geval het miniatuur dat ik Z.T.-2 heb genoemd, maar misschien is een betere titel: Donderslag bij heldere hemel. Donderslag. Heldere hemel. Het is in ieder geval afgelopen maart gemaakt naar aanleiding van een verontrustend bericht over de plek waar wij wonen.
Misschien dat mijn titels weer poetischer moeten worden na een lange tijd wat koeler en aardser te zijn geweest. Maar deze miniatuur hing ik in april toch als Z.T.-2 op in de ‘Groot uitgepakt met Miniatuur’ tentoonstelling in Galerie de Ploegh.

P1010002-5

Een ander voorbeeld van putten uit de bumps-bron is ‘De grond waarop ik loop’. Geschilderd in 2011, 10 jaar na het overlijden van mijn vader, ook kunstenaar. Nu ik dit laatste feit heb opgeschreven is de duiding van het werk een makkie: de zoekende figuur, wellicht een meisje, misschien ik. De dode oude boom op de achtergrond, de titel verwijzend naar de grond onder mijn voeten, nu ga ik zonder hem verder. En: nu loop ik in zijn plaats het pad af, op zoek naar het volgende werk. Want dat doe je als kunstenaar, je bent altijd onderweg naar je volgende werk, en je denkt dat dat beslist beter zal worden dan het vorige.

The dancer, back in 1952

The dancer, back in 1952

En, minder persoonlijk maar meer ‘plaatsvervangend’, een portret, ‘The Dancer – Back in 1952’. Geschilderd in 2004 na het zien van de Maysles brothers film ‘Grey Gardens’. Het verhaal van Big Edie en Little Edie, moeder en dochter uit de Bouvier familie, die in enorme symbiose in een totaal vervallen huis in The Hamptons wonen. Wat me trof was de zo onduidelijke scheidslijn tussen waanzin en privé regels, hun manier van omgaan met elkaar in persoonlijk verval en herinneringen. De volgende dag onmiddellijk dit portret geschilderd van Little Edie; het moest uit mijn hoofd, dus het is niet erg gelijkend. Maar ik vind de vragende gekte in haar gezicht wel geslaagd.